Zuiver geboren

Deel 1

Een wezen van stralend licht, zo wit en zuiver, leefde in volledige vrede in een prachtige wereld. Een wereld die zo dicht bij het Licht - de Bron staat, dat het daar altijd licht is. Waar de mensen in harmonie leven en via gedachten met elkaar kunnen praten. Waar niet wordt gewerkt, gezwoegd of pijn wordt geleden.

Dit wezen met haar stralende licht wordt gezegend door de mensen om haar heen en het Licht om naar planeet aarde te gaan. Om als mens op aarde geboren te worden, opdat het op aarde nu zo donker en duister is. Gewoon om op aarde te zijn en haar unieke stralende licht te laten schijnen. Het wezen voelt zich geroepen om deze taak op zich te nemen. Ze heeft zichzelf voorgenomen om door te zetten, hoe moeilijk het ook zal worden. Ze wil haar steentje bij dragen aan dit spel tussen licht en duister. Zodat de mensen hun licht in zichzelf zullen herkennen. Zo zal het licht, het duister op aarde oplossen.

Het wezen met haar stralende licht wordt als meisje geboren bij twee lieve, mooie ouders. Twee zuivere wezens van licht, net als zij. Als klein kind is ze verwonderd van wat ze ziet. Met grote ogen kijkt ze naar de wereld om haar heen. Praten doet ze nauwelijks, want dat kent ze niet van haar thuiswereld. Zij praat veel liever via haar gedachten. Ze snapt niet dat de mensen haar niet begrepen, als ze dat probeerde. De mensen van hier zijn verleerd om te praten via hun gedachten. Ze begrijpt niets van deze wereld met deze mensen. Waarom doen de mensen zo naar tegen elkaar? Waarom zijn de kinderen zo gemeen? Waarom ziet niemand mij staan?

Het kleine meisje praat veel liever met de planten, ze is vrienden met de bloemen en het lieveheersbeestje. Het leven is mooi bij haar lieve ouders. Totdat het meisje naar school moet. Ze wilt nog liever een jaartje langer spelen en leven in haar eigen wereld, dan leren lezen en schrijven.

Geen juf of meester begrijpt het meisje, ze is zo stil en verlegen. Zij kan niet meekomen in de klas. Ze valt stil als je haar iets vraagt zo verlegen als ze is. Het meisje met haar stralend licht ziet gevangen in een klaslokaal met zoveel kinderen, zoveel lawaai en zoveel indrukken dat ze er dol van word. Ze mist haar lieve mama, ze mist thuis waar het altijd rustig is. Zij mist haar vriendjes de plant en het lieveheersbeestje. De vogel aan de andere kant van het raam roept haar naam. Ze mist haar thuiswereld, waar het licht en vredig is. Waar de mensen van haar houden en haar respecteren om haar stralende licht.

Een enkele volwassene ziet haar stralende licht en (h)erkenden haar waarlijkheid. Ze word geprezen om haar bijzondere licht. Mensen kunnen daar allerlei namen aan geven. Om het bijzonder, speciaal, uitzonderlijk te maken, alsof ze een soort uitverkorende is. Maar het meisje wenst niet bijzonder, anders, bovennatuurlijk of buitennormaal te zijn. Of op een voetstuk geplaatst te worden. Ze wil zich niet beter voelen of boven anderen gaan staan. Ze is gewoon een meisje, een mens onder de mensen. Zij wil gelijk-waardigheid onder alle mensen. Niemand is beter, hoger, slimmer, mooier, verder in zijn ontwikkeling. Iedereen heeft unieke gaves in zich, als ze zich dat weer kunnen her-inneren. Dan kunnen alle mensen hun licht in zichzelf (h)erkennen en hun unieke gaves en krachten aanboren.

De meeste mensen zien haar enkel als dat stille en verlegen meisje, die niet van deze wereld lijkt te zijn. Zo'n verlegen meisje is een goed doelwit voor pesterijen, want ja, ze zegt toch nooit wat terug. Het meisje weet nooit iets te zeggen op zoveel lelijke woorden. Want lelijke woorden komen niet in haar op. Het meisje voelt zich anders, dan de mensen en kinderen om haar heen. Ze durft niet zichzelf te zijn. Ze word steeds angstiger. Haar licht was niet meer zo stralend als voorheen. Door zoveel onbegrip en pesterijen wilt zichzelf onzichtbaar maken. Ze slaat een onzichtbaarheidssluier om zich heen om zich te beschermen. Dat werkt goed. Maar haar stralende licht is dan ook bedekt onder al die sluiers.

Op de middelbare school wordt het nog erger. Het meisje voelt zich niet veilig. Bang om op te vallen of om gepest te worden. De lessen zijn makkelijk. Ze is vlijtig en doet haar best, Maar het pesten werd alleen maar erger met al die pestkoppen. In elke les zit er wel een. Nu ze geslaagd is, kan ze vrij bewegen, om verder te gaan in haar leven.

Waar vriendinnen het hebben over de knapste van de klas, vraagt het meisje zich af waarom ze is geboren. Wat haar levenstaak is. Ze stelt die vraag soms hardop aan mensen. Maar een enkele kan daar antwoord op geven.

*

Het antwoord is zo helder en eenvoudig:

Jij hoeft niets speciaals te doen.

Jij mag gewoon jezelf zijn.

*

Het meisje weet niet zo goed wat ze met dit antwoord kan. Want in deze wereld is het belangrijk dat je ergens in uitblinkt. Ergens heel goed in bent. Zodat je gewaardeerd wordt om wat je doet of wat je kan.

*

Nu begrijpt ze van wat werkelijk belangrijk is in het leven:

Volledig jezelf zijn

Doen waar je hart van oplicht

Je hart volgen bij elke keuze die je maakt.

Om een mooiere wereld te scheppen.

*